Tagarchief: nijhoff

Wij stonden in de keuken, hij en ik. Ik hoop al dagen lang: vraag het vandaag. Maar daar meneer omhoog zit met z’n vraag wacht hij weer tot het laatste ogenblik. Gelukkig heb ik hier nog m’n bedrijf, maar net … Lees verder →

Wij rustten in opgerichte houding op de voeten in de plaats waar het eten bereid wordt, zij en ik. Ik stelde mij reeds gedurende vele dagen voor: doe de ondervraging op deze dag. Doch om reden dat ik mij verlegen … Lees verder →

Wij stonken in de keuken, zij en ik. Ik dacht al dagen lang: vraag hem vandaag. Maar omdat ik mij schaamde voor mijn vlaag pachtte ik het onbewaakte ogenblik. Daar nu, haar bezig ziend in haar bedrijf, en de dans … Lees verder →

Wij stonden dikwijls in de keuken, zij en ik. Ik dacht al dagen lang: vraag het dan toch vandaag. Maar omdat ik mij nogal schaamde voor mijn vraag wachtte ik liever het onbewaakte ogenblik. Maar nu dat ik haar bezig … Lees verder →

Wij stonden in de keuken, zij en ik. Ik meende reeds geruime tijd: vooruit! Doch steeds uit vrees herriep ik dit besluit en hoopte ik op een stouter ogenblik. Nu dus: zij, bezig zijnd in een bedrijf, schenkt de gelegenheid … Lees verder →

Wü stündün ün de kükün, zü ün ük. Ük dücht ül dügünlüng: vrüüg hüt vündüüg. Müür ümdüt ük mü schüümde vüür mün vrüüg wüchttü ük hüt ünbüwüüktü ügünblük. Müür nü, hüür büzüg zünd ün hüür büdrüf, ün dü küns hübbünd … Lees verder →