De Recherche in kwatrijnen (34)

Typisch geval van te snel willen publiceren. Na een nachtje liggen woelen omdat ik toch niet helemaal tevreden was over het kwatrijn van gisteren, heb ik het vandaag sterk verbeterd en het eerder hier geplaatste misbaksel verwijderd en vervangen.

In Le Grand Hôtel in Balbec knoopt de verteller een vriendschappelijke band aan met het kamermeisje Céleste Albaret, in het werkelijke leven lange tijd de huishoudster van Proust. In de roman zou het eenvoudige meisje in haar jeugd slechts één gedicht hebben geleerd, namelijk Ici-bas van Sully Prudhomme:

Ici-bas tous les lilas meurent,
Tous les chants des oiseaux sont courts ;
Je rêve aux étés qui demeurent
Toujours…

Ici-bas les lèvres effleurent
Sans rien laisser de leur velours ;
Je rêve aux baisers qui demeurent
Toujours…

Ici-bas tous les hommes pleurent
Leurs amitiés ou leurs amours ;
Je rêve aux couples qui demeurent
Toujours…

Het leek me wel aardig om dit gedicht in een kwatrijn te parafraseren; nummer 105.

(Poëzie volgens Céleste Albaret, p.243)

Zo zoenen zou voor altijd moeten duren,
dromend van immer samen verder gaan;
voor eeuwig zouden zomers voortbestaan,
maar niets op aarde laat zich soepel sturen.

Dit bericht werd geplaatst in diversen, frans, kwatrijnen en getagged met , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie